De koffie pruttelt, mijn huiswerk ligt klaar en de zenuwen gieren door mijn lijf.
Het is 31 januari en het tweede gesprek van het gezinsonderzoek vindt vandaag plaats
Ik realiseer me dat ik jullie al een tijdje niet bijgepraat heb aangaande mijn grote wens: mijn kinderwens.
De laatste status was mijn treinreis naar Almelo voor het eerste gesprek van het gezinsonderzoek. Een noodzakelijk onderzoek van de Raad van de Kinderbescherming om het spreekwoordelijke kaf van het spreekwoordelijke koren te scheiden. Om te bepalen of de mensen die zich aanmelden om een kindje te adopteren er wel met de juiste redenen aan beginnen, maar vooral om te bepalen of zij geschikt zijn om voor een adoptiekindje te mogen zorgen.
Het eerste gesprek vond ik behoorlijk pittig. De meest voor de hand liggende vragen worden gesteld; waarom wil je adopteren, realiseer je je zus, realiseer je je zo, hoe zie je dit en hoe zie je dat. En als je antwoord niet volledig genoeg is, of ze krijgt het beeld niet volledig, dan wordt er gewoon door gevraagd. En doorgevraagd. Geprikt en gepord. Om de onderste steen boven te krijgen. Het ging zo snel dat ik niet de tijd kreeg om me te realiseren wat er gebeurde en dus ook niet de tijd kreeg om mijn opstandige zelf naar boven te laten komen. Gelukkig maar. Denk ik. Toen ik eenmaal op het perron zat te wachten op de trein terug naar Zwolle overviel me een enorme moeheid. What. Just Happened. Ik kon maar moeilijk onder woorden brengen hoe het gesprek gegaan was en een diep, ontevreden gevoel maakte zich van mij meester. Ik hoor het mezelf nog zo zeggen tegen m'n broer aan de telefoon: volgens mij word ik afgewezen. En als antwoord op de daarop volgende vraag ik weet het niet, het voelde gewoon zo.
Een onrustige nacht volgde en de volgende dag had ik, als soort van toeval, een gesprek gepland met de praktijkondersteuner van de huisarts. In het verleden heeft zij me goed geholpen met mijn paniekaanvallen en had aangeboden een sparringspartner te willen zijn bij de aanvraag tot adoptie. En zoals altijd gaf ze me een waardevolle tip: laat hen maar bekijken in hoeverre je hiervoor geschikt bent. Het enige wat jij aan kunt geven is dat dit de manier is waarop jij je kinderwens wenst in te vullen.
Met dat in mijn achterhoofd maakte ik mijn huiswerk voor het tweede gesprek: mijn levensverhaal samengevat in 5 kantjes en mijn take op de special needs-lijst. Welke categorieën sta ik voor open en waarom? Ik zal jullie de details besparen, maar het was best even pittig om dit samen te stellen. Dankzij goede hulp van m'n broer heb ik de opdrachten afgemaakt en vol vertrouwen ingediend.
En zo kwam het dus dat ik de koffie had pruttelen, het theewater had koken en de cake in plakken gesneden op een mooi bordje klaar stond op tafel.
Ze kwam binnen, we begonnen het gesprek met een terugblik op het vorige gesprek en... pak 'm beet 15 minuten later was het voorbij.
Voorbij ja, je leest het goed. Nadat ik de terugblik op het vorige gesprek afrondde met de opmerking: 'maar laten we vooral gaan starten met het tweede!', betrok haar gezicht en nam het een zeer serieuze blik aan. Ja, over het tweede gesprek... we hebben je levensverhaal gelezen en ook naar je special needs-lijst gekeken en dat in combinatie met toch al wat vraagtekens die ik had na ons eerste gesprek maakt dat we er sterk naar neigen om je af te wijzen.
Af te wijzen... de woorden die je niet wilt horen, de woorden die je met stomheid geslagen doen zijn. Ik zit haar stom aan te kijken en kijk naar mijn huiswerk.
Op de een of andere manier blijft mijn oog maar vallen op een zin uit mijn levensverhaal: het was liefde op het eerste gezicht en dat is het altijd gebleven.
Een zin die ik schreef om mijn gevoel te omschrijven toen ik van enig kind veranderde in een grote zus. Ik keek weer op naar haar en langzaam maar zeker liepen mijn ogen vol en rolde de eerste traan over mijn wang.
De rest van het gesprek doet er niet echt toe, maar het bleek dat ze voornamelijk in mijn levensverhaal voldoende aanknopingspunten vonden om het gevoel te krijgen dat ik een beschadigd adoptiekindje niet de juiste basis kan bieden. En hoewel ik dat rationeel begrijp, doet het toch zeer. Wat ik ook doe, op het gebied van adoptie overstijg ik mijn verleden niet. Wat haaks staat op alles waar ik de afgelopen jaren aan gewerkt en voor gestreden heb. Het voelt oneerlijk, machteloos en maakt dat het hele adoptieverhaal als een grote desillusie voelt.
De scherpe randjes gaan er langzaam af, de realiteit dringt door en eerlijk is eerlijk, met al het corona-geweld in de wereld om ons heen, voelt dit soms ook minder belangrijk. Er is immers niet gezegd dat ik nooit moeder ga worden, maar er is wel een dikke streep gezet door de weg die ik daarvoor wilde bewandelen.
Rome bestaat dus nog steeds, maar is van uiterlijk veranderd en de weg die ik wilde belopen ligt vol met shit. Een andere weg dus. Naar een ander Rome.
De eerste stappen zet ik voorzichtig, de volgende zie ik met spanning tegemoet. Hoe het verder gaat weet ik niet. Hoe ik mijn kinderwens handen en voeten moet geven ook niet. Het enige wat ik weet is dat ik me geen leven kan voorstellen zonder ooit moeder te worden. En op de momenten dat dit even naar de achtergrond verdwijnt en ik in bed lig te mediteren, wordt er in de meditatie gevraagd om diep naar binnen te gaan, naar je diepste wens en huppakee: daar is hij weer. Weg is hij dus niet, maar soms even naar de achtergrond. En dat is ook oké.
Reactie schrijven
Bette (zondag, 10 mei 2020 09:14)
Ik hou van je lieve Wen